Selecteer een pagina

Nooit eerder van gehoord

Sinds 2016 is 21 oktober uitgeroepen tot Wereld Regenwormen Dag. Regen is er vandaag genoeg, op deze herfstdag, maar voor een regenworm moet je toch echt naar buiten.

Even een paar wetenswaardigheden. Een ander woord voor regenworm is pier. In Nederland komen zo’n 23 soorten regenwormen voor en wereldwijd wel 670 (dagvanhetjaar.nl).

Ik ben zelf altijd blij als ik in mijn moestuin veel regenwormen tegenkom. Het zijn echte grondverbeteraars, omdat ze gangen graven waardoor er voldoende lucht in de bodem komt. Verder eten ze veel organisch materiaal, waardoor afval uit de grond wordt opgeruimd. Hierdoor is hun poep fijngemalen en rijk aan mineralen en daardoor weer goed voor de plantengroei.

In de geschiedenis is er al veel belangstelling geweest voor de regenworm. Op ‘kennislink’ las ik dat Darwin ze 39 jaar lang heeft bestudeerd. Hoe is dat mogelijk, zolang interesse houden voor een worm en ondertussen je bezighouden met de evolutietheorie en dat beiden in één leven. Cleopatra noemde de dieren ‘heilig’ en Aristoteles gaf ze als koosnaam ‘darmen van de ondergrond’. Deze laatste begrijp ik wel.

Maar nu even over de nog levende Jane Goodall. Als driejarige nam ze al regenwormen mee naar bed, omdat ze het zo zielig vond dat ze altijd in die donkere, natte ondergrond moesten slapen. Jane, geboren in 1938, heeft zich als volwassene 60 jaar lang beziggehouden met de bestudering van chimpansees in, voornamelijk in Tanzania. Ik neem aan dat ze de apen niet meenam naar bed, maar gewoon buiten liet slapen.

Jane is inmiddels 87 en nog steeds werkzaam. Twee dagen geleden kwam haar 16e boek uit, over hoop in tijden van de klimaatcrisis en de biodiversiteitscrisis. Op deze wereldwijde vraagstukken kun je verschillend reageren, afhankelijk van je mensbeeld, je wereldbeeld, je persoonlijke betrokkenheid, je persoonlijkheid, de plaats waar je woont, de middelen die je hebt, maar vooral of je hoop hebt. Jane beroept zich daarbij op de leus ’think globally, act locally’. Daarmee bedoelt ze dat als je alleen maar nadenkt over de wereldproblemen je de kans hebt om depressief te worden, omdat je ze niet kunt oplossen.

Soms kan een overtuiging en/of een geloof je helpen om hoop te houden op een goede afloop. Maar Jane roept op om niet passief af te wachten, maar om te kijken wat jij in jouw omgeving kunt doen. Zoals je afval scheiden en opruimen, zorgen voor je naaste, verstandig omgaan met het milieu, maar ook goed zorgen voor de regenwormen, hun schoonheid zien (?!) en hun nut waarderen.

Ofwel, je hoop omzetten in actie. Want actie leidt ook weer tot nieuwe hoop, vooral als je het samen doet. In de Trouw las ik dat kerkvader Augustinus vertelde dat hoop twee prachtige dochters heeft: woede en moed. Woede over de dingen die niet goed zijn en moed om de dingen beter te maken dan ze zijn. Dus geen woede die kapotmaakt, maar woede die leidt tot verbetering. Zo kun je boos zijn op (voedsel)verspilling in de wereld, maar je kunt ook zorgen dat je daar zelf zo min mogelijk aan meedoet, door bewust boodschappen te doen, geen restjes weg te gooien, geen nieuwe kleren kopen maar kleding ruilen of tweedehands kopen. Monniken kunnen dat heel goed, ze dragen vaak jaren hetzelfde kleed, totdat hij echt versleten is en dan knippen ze er misschien nog wel poetslappen van (zoals mijn moeder dat vroeger deed).

Kortom, wees goed voor de wormen, bedank ze voor de waarde die ze hebben bij de beluchting van de grond, waardoor gewassen beter kunnen groeien. Neem ze mee naar bed als je het niet verdragen kunt dat ze ’s nachts in de natte grond leven. En wend je hoop, je woede en je moed aan om een positieve invloed te hebben op je omgeving, veraf en dichtbij.