Naamgeving voor mensen, dingen, stormen en virussen
Iedereen en alles moet tegenwoordig een naam hebben. Dit is niet altijd zo geweest. Natuurlijk hebben mensen hun kinderen altijd wel een naam gegeven, maar in de tijd dat alle familieleden werden vernoemd, was het niet zo moeilijk om een naam te gedenken. Je had gezinnen waar opa ‘Jan’ heette, vader ‘Jan’ en de eerste zoon ook weer ‘Jan’. De tweede zoon werd dan vernoemd naar een oom of neef en voor de derde werd ook wel weer iets verzonnen. En een dochter noemde je gewoon ‘Jantje’ of ‘Jannie’.
Ik ben zelf ook vernoemd naar de ouders van mijn moeder en mijn broer is vernoemd naar de vader van mijn vader en niet ook nog naar de moeder van mijn vader, want mijn moeder leefde in onmin met haar schoonmoeder, dus die werd overgeslagen.
Vernoemen komt nog wel voor, maar meestal wordt de eerste naam door de ouders zelf gekozen en worden de grootouders herdacht in de tweede of derde naam. De roepnaam wordt soms gekozen omdat ze het gewoon een mooie naam vinden, soms vanwege de betekenis en soms om iemand te eren. Ook worden voornamen wel gegeven omdat ze goed passen bij de namen van de andere kinderen, zo ken ik een gezin waar alle kinderen een y in hun naam hebben en de namen van de drie Nederlandse prinsessen beginnen allemaal met een A.
En heb je een jongensnaam in je gedachten, maar krijg je alleen maar meisjes, dan kun je altijd nog je hond of je konijn de naam geven die anders op de plank zou blijven liggen.
Maar nu is het niet zo dat mensen alleen namen geven aan kinderen en dieren, maar ook vaak aan huizen en boten. In dorpen of in oude herenhuizen zie je nog wel dat huizen namen hebben op de voorgevel. Huizen kunnen dan vernoemd worden naar de bewoners, maar ook naar een bloem of een dier of naar de plaats waar het huis staat. Voorbeelden hiervan zijn ‘Villa Maria’, ‘De Lotus’, ‘De Veldbloem’ en ‘De Ooievaar’
Bij de benaming van boten worden vaak delen van de namen van de eigenaars samengevoegd, ‘Hiljan’ is dan de boot van Hilda en Jan en ‘Anneboud’ of ‘Anneboot’ een samenvoeging van Annemarie en Boudewijn. Maar er zijn ook andere mogelijkheden, zoals ‘Vaar Tuig’ en ‘Bootox’. Die laatste vind ik persoonlijk erg leuk.
Maar ook ziektes en stoornissen kunnen vernoemd worden naar bijvoorbeeld de eerste arts die de ziekte had ‘ontdekt’ of gediagnostiseerd en niet naar de patiënten die eronder lijden of hebben geleden. Hodskin, Alzheimer en Parkinson waren gezonde artsen. Ook gebeurt het wel dat een medische ingreep wordt genoemd naar een arts. Zo komt het werkwoord ‘dotteren’ van de radioloog C.T. Dotter. Covid-19 is niet vernoemd naar een arts of onderzoeker. Covid is de samenstelling van Corona Virus Disease en 19 komt van het jaar 2019, het jaar waarin corona voor het eerst werd geconstateerd.
Ook computervirussen krijgen soms namen van bekende mensen. Zo is het vandaag 7 juni en dat is de geboortedag van de tennisspeelster Anna Kournikova. In 2001 is er een computervirus naar haar genoemd. Volgens Wikipedia is Anna Kournikova de naam van een computerworm die zorgde voor vele overbelaste mailservers en systeem storingen. Achter deze actie zat een 20-jarige Fries, die de beveiliging van het internet wilde testen.
Tegenwoordig is er op het gebied van naamgeving weer een nieuwe trend. Sinds 2019 krijgen namelijk stormen in Nederland ook een naam. Uit onderzoek is gebleken dat het waarschuwen voor een storm met een naam bij mensen meer blijft hangen dan alleen te waarschuwen voor een storm. Heeft de storm die in Nederland woedt al een naam gekregen in een ander land, dan wordt deze naam overgenomen. Dus heeft een storm in Amerika de naam ‘Lorenzo’ gekregen en waait hij over naar Nederland, dan heet hij in bij ons ook Lorenzo.
Sinds enkele jaren wordt er in het begin van het stormseizoen, in september, een lijst van namen gemaakt welke gebruikt gaat worden voor West-Europese stormen. Deze lijst is op alfabet, alleen worden de q, de y en de x niet gebruikt. Zo weten we allemaal nog wel dat Corrie (de derde) en Franklin (de zesde) over ons land raasden.
Ook hebben in veel winkels meubels ook een naam. Zo kennen we de ‘Billy’, de boekenkast van de IKEA, het bedden bij de Kwantum met namen als ‘Pino’, ‘Puck’, ‘Ties’, ‘Mike’ en ‘Anne’.
En dan heb je nog de namen die gezinnen of individuen aan hun spullen geven. Zo noemen wij ons bed thuis de ‘Aardappelbak’ vanwege zijn vorm en hebben we toen de kinderen klein waren jarenlang in een witte bus gereden die de ‘Wolifant’ werd genoemd, een samenvoeging van ‘Witte’ en ‘Olifant’.
Kortom, alles kun je een naam geven. Wel of geen diepe betekenis, makkelijk of juist lastig te onthouden, alleen privé te gebruiken of wereldwijd. Maar goed, een naam is ook maar een naam, zoals de Engelsen zeggen ‘what’s in a name’, of wel, wat doet een naam er eigenlijk toe, jij bepaalt zelf hoeveel betekenis je eraan geeft en is het echt te erg, dan kun je altijd nog een naamswijziging aanvragen.