Waar wordt babyolie dan van gemaakt?
Deze spreuk las is op pinterest.com Ik moest er wel om grinniken. Het is een goed voorbeeld van hoe kinderen kunnen denken om de wereld voor hen kloppend te maken. Daarom is het altijd goed om met kinderen door te praten over hun uitspraken en om te controleren dat wat jij hen hebt verteld ook werkelijk goed is aangekomen.
Twee voorbeelden.
Ten eerste ‘enge mannen’. Enge mannen zijn in de ogen van ouders gevaarlijke mannen, mannen die hun kind iets aan zouden kunnen doen, pijn doen, seksueel iets aandoen, hen kwetsen of meenemen en zo kunnen we als ouders nog wel meer voorbeelden bedenken. Om zoveel mogelijk gevaar te voorkomen leren we onze kinderen geen snoep aan te nemen van vreemde mensen, eerst thuis te komen vragen of je een hondje mag aaien, niet bij iemand naar binnen gaan als je lootjes verkoopt voor de ‘Grote Club’ actie en sowieso niet spelen in parkjes en voor het donker thuis zijn.
En ik leerde ook altijd dat gevaarlijke mannen er niet eng uit zien. Als een man er vanwege zijn gedrag of zijn uiterlijk er wel eng uitziet, dan ga je als kind sowieso een blokje om of bescherming zoeken bij je moeder, vader of een vriendinnetjes. Nee, het gaat juist om mensen die er normaal uitzien, aardig zijn en misschien leuke grapjes met je maken of mee willen spelen. Eigenlijk moet je helaas kinderen leren dat ze altijd op moeten passen in het contact met vreemden (en soms ook met bekenden).
Dat had Freya ook gedaan, ze had haar dochters altijd geïnstrueerd niet voor vreemden open te doen. Op een middag ging ze even douchen en de kinderen waren thuis in de huiskamer aan het spelen. Toen was de bel gegaan en de kinderen hadden door het raam gekeken en besloten dat ze wel open konden doen. De man voor de deur vroeg naar hun moeder. Ze vertelden dat hun moeder onder de douche stond en de man zei een andere keer wel terug te komen.
Toen Freya onder de douche vandaan kwam vertelden de kinderen het verhaal. Freya schrok en zei ‘Hoe haal je het in je hoofd om open te doen voor een vreemde’. De kinderen zeiden ‘mama, hij was niet gevaarlijk’. ‘Hoe kon je dat weten dan?’ ‘Hij had geen geweer bij zich’. ‘Gelukkig maar’, zie Freya. Daarna volgde een gesprekje over wat er kan gebeuren met kinderen als ze de deur open doen voor iemand die ze niet kennen en die er niet gevaarlijk uitzien, wegens de afwezigheid van een geweer.
Een ander voorbeeld van ‘doorvragen’ met het doel om erachter te komen of de kennis van een kind wel klopt met die van de werkelijkheid. Dit voorbeeld heb ik uit mijn eigen boek ‘Dus zo doen vrouwen dat’.
“Zo hoorde ik een keer van de achtjarige Jet die haar zesjarige zusje Lidewij, met wie ze samen in het stapelbed sliep, had voorgelicht. Toen Lidewij haar moeder vragen ging stellen, begreep deze dat haar dochtertje al veel meer wist dan zij haar ooit had verteld. Haar moeder besteedde wat tijd om erachter te komen of de voorlichting goed had plaatsgevonden en wat er nog aangevuld of gecorrigeerd moest worden. Ze vroeg aan Lidewij of ze nog vragen had. ‘Ja,’ zie Liedewij, ‘hoe zit het nu met die zaadjes in het brood?’
Wow, stel je voor dat deze vraag nooit was gesteld en beantwoord, wat voor eetstoornis zou dit kind dan later hebben ontwikkeld?’
Dus kunnen we beter, als het ter sprake komt, ook even aan onze kroost vertellen dat olijfolie is gemaakt van olijven en bedoelt in de keuken bij het bereiden van gerechten en dat babyolie niet is gemaakt van baby’s maar van olie van planten en is bedoeld om de huid van de baby zacht en soepel te maken.
